Deze topwijn van Domaine Paul Mas is een blend van Grenache Blanc, Roussanne en Vermentino

enkele maanden gerijpt op Frans en Amerikaans eik. fris, levendig en intens met geconfijt fruit, vanille, toast en kruiden,

en ook perzik en peer. De wijn is rijk, maar heeft ook een levendige zuurgraad met een lange afdronk.

Zelfde niveau als een goede witte Châteauneuf-du-pape, maar bij deze laatste betaal je het dubbele

Côtes de Roussillon
Grenache Blanc, Marsanne, Vermentino
 De Grenache rijpte 6 maanden in Franse eik
 Florale aroma's, veel wit fruit, goede concentratie en licht mineralig
Bij vis , Sint Jacobsvruchten
Potentieel : 5 jaar

Deze 2014 is nu pas aangekocht in november 2022. Nog heel fris en proeft niet verouderd.
Integendeel , mooi toonbeeld hoe een witte Bourgogne mooi kan verouderen.
Heel aromatisch : floraal, noterig en wat vanille. Heel evenwichtige smaak met voldoende vet en fraicheur
De wijn rijpte 1 jaar in 1/3 nieuwe eik en 2/3 op vaten van 2 jaar oud

Pays d'Oc
100% Viognier.

Een elegante, fascinerende wijn met een mooie transparante kleur en zonnige toetsen met een gouden gloed.
De aroma's van witte perzik en abrikoos komen naar voren en worden geaccentueerd door een vleugje witte bloemen
Een aangename aperitiefwijn, die bovendien prima te combineren is met een salade, een visgerecht of een stukje wit vlees

Druivenrassen
Sauvignon blanc (20%) – Sauvignon gris (20%) – Semillon (40%) – Muscadelle (20%)
Wijngaard
De 48 hectare wijngaarden strekken zich uit in de prachtige omgeving ten zuidwesten van de stad Bergerac.

De druiven worden ’s nachts geoogst. De wijnmaker laat de schillen van de gekneusde druiven gedurende 24u bij lage temperatuur weken in hun eigen sap. De schillen laten geur- en smaakstoffen los die worden opgenomen in de most. Alcoholische fermentatie in eiken vaten (1/3 nieuw). Nadien rust de wijn nog 10 maanden “sur lie” met maandelijkse bâttonage
Wijn met nog potentieel. 4-5 jaar
eens geopend blijft hij nog verschillende dagen goed !

Kleur :Goudgele kleur
Neus : Volle geur van rijp wit fruit en vanille met houttoets
Smaak :
Exotisch fruit, banaan en vanille met een romige afdronk
Combineren

UITVERKOCHT -  SOLD OUT
  
Domaine des Gerbeaux, Familie Drouin

Cépages: Grenache Gris 80 % Grenache blanc 20 %

Vinifications: Les vignes cultivées en palissage et gobelet sur un terroir de marnes schisteuses sont vendangées à une maturité optimale pour garantir une belle expression du fruit et l’élégance de l’équilibre.

Récolté en caisses, le pressurage se fait en grappe entière au pressoir pneumatique.

Après un débourbage léger, la fermentation est ensuite conduite en fût de chêne.

La mise en bouteille interviendra après 8 mois d’élevage sur lies avec bâtonnage régulier.

Dégustation: Nez intense, profond, fruits frais ; en bouche, il y a beaucoup de gras une maturité poussée et une tenue acide préservée. Note : 15-16/20 La rvf N°612 juin 2017

ÂGE DES VIGNES  55 ans
SOL  Argile à silex
RENDEMENT 35 hl/ha
CÉPAGES  Sauvignon
VINIFICATION
Vendanges mécanique et pressurage pneumatique.
Elevage sur lies fines et battonage toutes les semaines pendant 6 mois minimum

ÉLEVAGE  Sur lie fine avec battonage pendant 8 mois

CARACTÉRISTIQUES
Le Touraine Chenonceaux est une sélection des meilleurs terroirs situés sur les premières côtes de la vallée du Cher. Issu du Cépage Sauvignon, il est récolté a maturité optimale. Un élevage sur lies fines lui apporte toute sa complexité et son intensité aromatique. Nous avons opté pour un travail des sols sur la totalité de nos surface de Touraine Chenonceaux.

ACCOMPAGNEMENT

Cépage utilisé : Chardonnay.
Méthode de vinification : Vendanges manuelles triées,
égrappage à 100%, foulage et pressurage, fermentations
alcoolique et malolactique naturel. Elevage durant 18 mois en fût de chêne 600 litres et en 225 litres avec ouillage pour garder la finesse et le fruit du cépage.
Rendement moyen : 45 hl/ha
Géologie : Cette cuvée est issue d’une vigne exposée sud avec un terroir composé d’une fine couche d’argile sur le calcaire du kimméridgien. Des couches de marne rouge se superposent aux couches de calcaire. Ainsi certains pieds sont dans le calcaire du kimméridgien et d’autres dans la marne rouge.